top of page

#4 Alleen

Ik lees een artikel over twee geliefden die, na elk hun eigen terminale diagnose, samen euthanasie kregen. Ze leefden en stierven samen, lieten elkaar niet alleen. Het doet mij denken aan mijn eeuwige zoektocht naar de liefde en wie ik daarin onderweg al tegenkwam. Voorbije zomer ging ik op Tinderdate. Om de zoveel tijd probeer ik dat opnieuw. Alsof de liefde vinden een activiteit is die je kunt inplannen. Een lieve man met korte baard en ik lopen samen door een stad die we allebei niet kennen. We belanden uiteindelijk op het terras van een café, in een park, op een festival dat uitsluitend voor kinderen blijkt te zijn. Hij bestelt een Cola zero en de ober biedt hem een alternatief aan van een ander merk. Er is een kort gesprek over het suikergehalte in het drankje, maar de ober verzekert hem dat het suikervrij maar ongetwijfeld even ongezond zal zijn.


Wij drinken onze merkloze cola en cola zero en praten over onze levens. Hij schrijft academische essays over belangrijke onderwerpen, zoals euthanasie. Ik knik. Na de dood van mijn eigen vader, zeven jaar geleden, en het overlijden van twee tantes en twee ooms, vorig jaar, is euthanasie een topic dat mij al veel onder de ogen is gekomen. Niet op een wetenschappelijke manier, maar toch.

Hij praat over wetgeving en leemtes, en na een paar uur vraag ik opnieuw waarom het thema hem zo bezighoudt. Na enige aarzeling geeft hij plots toe dat hij zelf euthanasie heeft aangevraagd voor psychisch lijden. De papieren zijn getekend, zegt hij. Hij wacht op een goed moment.


We praten over wat dat inhoudt, zowel dat lijden als dat goede moment. Hoe je in het leven kunt staan wanneer je er niet meer wilt zijn. Hij maakt er grapjes over, en ik probeer vooral om dat niet te doen. Maar ik vraag me af waarom wij hier nu zitten, samen, een mogelijke toekomst te bedenken, en waarom hij met die cola zero zijn suikerintake wil beperken.


Ik moet denken aan een wet waarover een tante me vorig jaar vertelde. Ik blijf het internet afzoeken, maar vind haar nergens terug. Ik bel even casual naar mijn begrafenisondernemer, maar hij is met vakantie en zijn medewerker weet het niet. ‘Ik ben op zoek naar die wet’, zeg ik, ‘die stelt dat je een overleden lichaam niet alleen mag laten.’ Ik ben stiekem opgelucht dat hij het niet ontkent, en dat ik ook nergens meteen bewijs of tegenbewijs kan vinden. Het lijkt onhandig en onrealistisch, maar het zou mooi zijn als het waar is. Dat wij een lichaam niet alleen mogen laten.


Als het enigszins kon, zou het ook een troostende wet voor de levenden zijn. Hoe wij niet alleen in dood, maar ook in moeilijke tijden iemand niet alleen mogen laten.


Uiteraard zijn er veel praktische bezwaren en privacyproblemen. Soms is even alleen zijn de beste genezing. Maar tussen onze twee cola’s in, vraag ik me af hoe het straks met hem verder moet, met de lieve man met de baard. Of hij de euthanasiepapieren zal weggooien en het leven weer een kans zal geven wanneer hij eindelijk de liefde vindt die hem niet meer alleen laat.


#4 Column 'De Mening' - De Standaard + Avond (2/11/2021 tot 5/11/2021)


bottom of page